Als gevolg van de aanhoudende economische crisis zijn veel werkgevers genoodzaakt om te reorganiseren. Dit leidt vaak tot een collectief ontslag van medewerkers. Zo’n reorganisatie kan per 1 juli 2015 echter financieel nadelig voor jou als werkgever uitpakken. Dan worden namelijk nieuwe ontslagregels van kracht en moet je medewerkers tegemoet komen met een vergoeding.
Voorgeschreven ontslagroute bij reorganisatie
Wil je een personele inkrimping bereiken door middel van een reorganisatie? Dan moet je een voorgeschreven ontslagroute volgen. Bij een bedrijfseconomische ontslaggrond schrijft de wet dwingend voor dat je de weg via het UWV moet bewandelen. Eerder mocht je kiezen tussen een ontbinding van de arbeidsovereenkomst door de kantonrechter en het aanvragen van een ontslagvergunning bij het UWV. Vanaf 1 juli 2015 komt deze keuze te vervallen.
Bedrijfseconomisch ontslag: voor en na juli 2015
Als het UWV je vanaf 1 juli 2015 ontslagvergunning verleent, dan ben je als werkgever bijna altijd een ontslagvergoeding verschuldigd aan jouw werknemer. Volgde je voorheen met succes een UWV-ontslagprocedure, dan hoefde je jouw werknemer normaal gesproken geen vergoeding te betalen.
De nieuwe ontslagvergoeding wordt ook wel ‘transitievergoeding’ genoemd. Wil je meer weten over de hoogte van deze vergoeding? Lees dan de blog van mijn collega Bas Jeckmans: Ontslagvergoeding versus transitievergoeding.
Verhelderend voorbeeld
Het financiële verschil tussen voor en na 1 juli 2015, wordt duidelijk gemaakt aan de hand van het volgende voorbeeld:
Werknemer: 48 jaar, 10 jaar in dienst. Brutoloon van €3.000 per maand.
Werkgever: Geeft ontslag vanwege bedrijfseconomische redenen
Sinds 1 juli '15: Werkgever was geen ontslagvergoeding verschuldigd.
Vóór 1 juli '15: De werkgever moet een transitievergoeding betalen van:
Aantal dienstjaren * (⅓ * brutomaandsalaris):
10 jaar * (⅓ * €3.000) = €10.000